Werkgroep zorgvragers met een migratieachtergrond

11 januari 2023

In 2020 had 21,8 procent van de inwoners van Lelystad een niet-westerse migratieachtergrond (Centraal Bureau voor de Statistiek). De verwachting is dat dit percentage de komende jaren licht zal stijgen. De gezondheidstoestand van Nederlanders met een niet-westerse migratieachtergrond is over het algemeen minder goed dan die van Nederlanders zonder migratieachtergrond (Bron: GGD Flevoland). Daarnaast is het risico op onder andere armoede en eenzaamheid bij deze groep hoger en maken zij minder gebruik van de zorg- en welzijnsvoorzieningen. Het is lastig om deze doelgroep te bereiken met informatie en hulp die voor hen beschikbaar is. Dit is een probleem waar meerdere organisaties tegenaan lopen. Vanuit de Ronde Tafel Eenzaamheid is er een werkgroep zorgvragers met een migratieachtergrond gevormd. Deze werkgroep bestaat uit medewerkers van Welzijn Lelystad, Humanitas, bureau LWPC en Coloriet.


Deze werkgroep heeft een aantal doelen: contact leggen en investeren in een cultureel netwerk en sleutelfiguren, de behoeftes inventariseren van deze doelgroep door middel van een vragenlijst, het vergroten van kennis over de doelgroep en cultuursensitiviteit van medewerkers bevorderen. Dit onderwerp is ingewikkeld en vergt een lange adem. ‘De betrokken organisaties willen daarom graag in contact komen met personen of organisaties die ook met dit onderwerp bezig zijn, zodat we uiteindelijk het welzijnsaanbod toegankelijker kunnen maken voor volwassenen met een migratieachtergrond. Daarnaast willen we dat deze ouderen de weg naar de juiste instanties beter kunnen vinden. Om dit te bereiken horen wij graag de ervaringen van deze doelgroep, daarom deze vragenlijst,’ zegt Charlotte Jouvenaz van Welzijn Lelystad.

“Kijk ook naar elkaar om!”

Saida Loukili kent de doelgroep, ouderen met een migratieachtergrond, als geen ander. Zij legt uit wat de hobbels zijn die overwonnen moeten worden bij het bereiken van en hulp bieden aan deze groep.

Taboe en schaamte

‘Mensen met een migratieachtergrond leven meer met elkaar. Ze zoeken elkaar op, hebben familie om zich heen. Ze zijn dus ook gewend om voor elkaar te zorgen, op hun eigen netwerk terug te vallen. Maar als broers en zussen wegvallen of kinderen gaan studeren of verhuizen, valt er ook veel van de gebruikelijke zorg weg. Tegelijkertijd heerst bij veel mensen wel het idee dat je op je familie moet terugvallen. Vragen om andere hulp is geen optie voor veel ouderen Dat is toch een beetje taboe. Ze willen vooral niet zielig worden gevonden.’

Daarnaast is er vaak een taalbarrière. ‘De kinderen van ouderen met een migratie­achtergrond spreken vaak uitstekend Nederlands, maar de echt oudere doelgroep is in veel gevallen analfabeet. Die bereik je dus niet direct met folders of artikelen in de FlevoPost. Je kunt ze op die manier wel bereiken via hun kinderen.’ ‘Bovendien hadden ouderen met bijvoorbeeld een Marokkaanse achtergrond vroeger wel zeven of acht kinderen, maar tegenwoordig twee of drie, dus ook het netwerk waarop ze terug kunnen vallen is veel minder groot geworden.’

Kwestie van geduld

Volgens Loukili is het dus vooral een kwestie van langdurige inspanning om deze groep te bereiken. ‘Dat kan via de plekken waar zij of hun kinderen komen. Ziekenhuizen, MDF, wijkcentra, de moskee,je zult met je informatie dichtbij de mensen zelf moeten komen. Huisartsen kunnen daarbij ook een belangrijke rol spelen: die hebben vaak goed zicht op de doelgroep en de omstandigheden waarin zij verkeren. Ook zij zouden ze kunnen wijzen op de hulp die er voor hen beschikbaar is.’

Daarnaast is het dan ook een kwestie van vertrouwen winnen. ‘Het zou daarbij
ook helpen als er bij de hulpverlenende instanties meer mensen werken met een migratieachtergrond, die zich kunnen verplaatsen in de schaamte en het taboe dat er bij deze groep bij het vragen om of accepteren van hulp komt kijken. Maar dat kan ook door de cultuursensitiviteit bij medewerkers van organisaties te vergroten.’

Kijk naar elkaar om

Tot slot benadrukt Loukili dat eenzaamheid een probleem van de maatschappij is, of het nou jongeren of ouderen of autochtonen of mensen met een migratieachtergrond treft. ‘Het is ook een probleem dat niet alleen door de overheid of instanties kan worden opgelost. Dat kan alleen als we dat met elkaar doen. Door af en toe eens om te kijken naar een ander, door bij een buurvrouw of buurman langs te gaan en door met hen het gesprek aan te gaan als je denkt dat er hulp nodig is!’